Zeegezichten

Schepen speelden een ontzettend belangrijke rol in de 17de eeuw. In deze Gouden Eeuw werden ze meer dan ooit ingezet voor het brengen van specerijen uit het Oosten of voor militaire doeleinden. In 1604 werd de Vereenigde Oostindische Compagnie, een Nederlandse handelsonderneming, opgericht. Al snel hadden zij een monopolie op de overzeese handel tussen de Nederlanden en Zuid-Oostelijke continenten. Dit fenomeen oefende ook een grote invloed uit op de schilderkunst. Zo werden bijvoorbeeld op verzoek van de overheid vele antieke schilderijen van historische zeeslagen vervaardigd om de wanden van het stadhuis mee te sieren. Oude Meesters speelden hier op in en specialiseerden zich om stille waters of krachtige stormen zo geloofwaardig mogelijk af te beelden. Bekende voorbeelden hiervan zijn vader en zoon Van de Velde, die de heldhaftige strijd van de Hollandse Vloot vastlegden op doek. Deze 17de-eeuwse zeegezichten of zeestukken vormden een belangrijke herinnering voor de natie. Toch strekte het genre zich ook veel verder uit; men haalde inspiratie uit werkelijk alles rond de zee en schepen. Zo werd dus ook de visvangst, havens, rivieren en stormen in beeld gebracht. Belangrijke exponenten van dit bijzondere genre zijn antieke kunstschilders Jacob van Ruisdael, Hendrik van Minderhout en Isaac Zeilmaker.